Telen&Trends
Kwekerij Gebr. Grootscholten timmert aan de weg
Aan de rand van Kwintsheul liggen de twee complexen van handelskwekerij Gebr. Grootscholten. Al meer dan 75 jaar teelt het bedrijf een breed assortiment van wel vijftig eenjarige zomerbloeiers; cyclamen, chrysanten, lavendel en andere seizoensproducten.
Er is nog één raam heel. Afgeworpen bommen van Engelse bommenwerpers hebben de nering van opa Koos Grootscholten in 1944 geheel om zeep geholpen. Op een zwart- witfoto staat hij moedeloos naast die ene hele glazen ruit en verder is het een troosteloos aanzicht. Hij zou vast loei trots zijn op zijn zoon en kleinzonen die het kascomplex hebben uitgebouwd tot een van de grotere handelskwekerijen van perkgoed in Nederland. Kleinzoon John Grootscholten staat bij een lijst met vergeelde foto’s. Op een andere foto is de enorme bomtrechter te zien. 77 jaar later is daar niets meer van te zien, omdat er kascomplex van 4,5 ha op staat. Hij wijst:
“Hier sta ik als klein kereltje. Broertje Mark en ik waren van jongs af aan in de kassen bezig, spelen, ravotten. In die tijd hadden we ons nog niet gespecialiseerd in de teelt van perkgoed. Mijn vader Hans teelde druiven en daaronder was nog ruimte voor de teelt van afrikaantjes en vlijtig liesje. Er was in die tijd van na de oorlog een steeds grotere vraag naar deze planten. Uiteindelijk besloot hij zich geheel te gaan toeleggen op pot- en perkplanten.”
Jaarlijkse verkoop is 6 miljoen planten
Het is rustig als John de Van Buerenlaan aan de rand van Kwintsheul oversteekt. Hier liet Gebr. Grootscholten zo’n drie jaar geleden een tweede kas neerzetten van 12.000 m2, tegenover de eerste van 4,5 ha. Op de enorme vloer van beton zijn werkers bezig potten met perkgoed met de hand neer te zetten. Op deze zomerse dag is het rustig. “We zijn een 365-dagen bedrijf”, vertelt hij. “We werken volgens de seizoenen. In de maanden maart en april draaien we op volle kracht om het zomergoed op tijd door heel Europa bij de tuincentra te krijgen. Dan staat het hier en ons eerste complex vol. Van onze 6 miljoen planten gaat 85 procent naar het buitenland, zoals Engeland, Frankrijk en Duitsland. We zijn nu bezig voor het najaar en de feestdagen.”
Eerder heeft hij uitgelegd dat Brexit tot nu toe geheel aan zijn handelskwekerij voorbij is gegaan. “Het papierwerk moet door onze expediteurs worden gedaan, daar hebben wij geen last van. Daarnaast werken wij eigenlijk veel met grote vaste afnemers. Via het online handelsplatform Floriday weten kopers ons te vinden. Digitalisering is een van de verkoopmanieren waar wij al snel op hebben ingezet, maar het is geen doel op zich. Voor ons is het een sterk hulpmiddel om efficiënt te kunnen werken. Belangrijk is dat partijen in de keten elkaar hierin vinden en ondersteunen.”
Teeltcomplexen zijn vergaand gemechaniseerd
Als hij terugloopt naar de hoofdvestging staat rechts een verouderd kascomplex. Hier verrijst de derde kas van Gebr. Grootscholten, een van 40.000 m2. Achter een kop koffie legt hij de achtergrond uit. Belangrijke driver is niet alleen de markt, maar ook de derde firmant in het bedrijf, Remy van de Knaap. Hij blijkt het zetje te hebben gegeven bij de twee broers, de andere firmanten, om ferm te investeren. “Het doel is niet investeren om te investeren. Het is ontstaan door samenwerking met onze brede klantenkring. Je ziet dat door consolidatie de handel steeds machtiger wordt.
Wij moeten dus ook een sterk bedrijf zijn, maar ook een aantrekkelijke werkgever voor onze medewerkers met ambitie.” De omvang dwingt John, Mark en Remy hun tweede en eind volgend jaar derde complex vergaand te mechaniseren. Grote aluminium tafels rijden op heuphoogte in een parcours in de vorm van een acht door het grootste complex. Van een opkweekbedrijf komen de miljoenen stekjes die geautomatiseerd, maar soms ook met de hand worden opgepot. Veel van de zaadjes komen van veredelaar Schoneveld Breeding (lees telen&trends nummer 13), die volgens John de beste genetica hebben.
“De nieuwe locatie wordt, net als de andere twee, aangesloten op het project Aardwarmte Vogelaer in Poeldijk”, vertelt John. “Al het water vangen we op om het milieu niet te belasten. Overigens doen we net als mijn vader Hans aan dubbel grondgebruik. Onder de vloer in de grootste kas is een waterbassin gebouwd waar we het regenwater in opslaan. We hoeven dus buiten niet van die ronde tonnen te plaatsen. Het ontwerp hebben we deels zelf gedaan. Alle foutjes uit kas 1 en 2 zijn nu verdwenen en handigheidjes verwerkt om het proces nog efficiënter te laten verlopen. Twee jaar geleden zijn alle schermen in de grootse kas vervangen, en in de nieuwste kas komen Harmony, Luxous en Obscura.
We willen dat onze spullen goed zijn.” Dat laatste zegt hij voor een geheel geautomatiseerde spuitboom die over de tafels rijdt om de plantjes te besproeien. “Speciaal voor ons ontworpen.”