Meer natuurlijk PAR-licht door inzicht lichtcapaciteit
Altijd de optimale hoeveelheid PAR-licht in de kas én een gelijkmatige verdeling van het licht over het gewas; dat is de PARperfect schermoplossing van Svensson in een notendop. Om deze pluspunten te kunnen verzilveren, moet je als teler echter wel weten hoeveel licht je gewas precies kan hebben. Omdat calatheateler Teun Valstar hier onvoldoende inzicht in had, voerde Svensson afgelopen jaar fotosynthesemetingen uit op zijn bedrijf. De verzamelde informatie biedt de ondernemer kansen om het lichtniveau in zijn kas en de gewasgroei te optimaliseren.
Ons land telt slechts een handvol calatheatelers; Teun Valstar is één van hen. Voor de ondernemer uit Honselersdijk kent deze teelt nog maar weinig geheimen; hij focust namelijk al 35 jaar op de productie van deze groene kamerplant. Zijn bedrijf Shadowplant omvat inmiddels bijna zes hectare. “We kochten onlangs een buurbedrijf van 1,9 hectare aan”, vertelt Valstar. “Deze locatie zal op termijn gerund gaan worden door mijn zoon Roy, die het bedrijf in de toekomst wil overnemen. Ook in deze coronatijden loopt onze afzet, mede door de toename van de online verkopen, goed door.”
Lichtcapaciteit optimaal benutten
Schermen is van cruciaal belang in de teelt van groene kamerplanten. Een teveel aan zonlicht kan namelijk leiden tot gewasschade - in de vorm van bruine randen en punten - of groeiremming. “De meeste telers van groene kamerplanten schermen tussen de twintig en tachtig procent licht weg”, zegt Paul Arkesteijn, klimaatadviseur bij Svensson. “Het nadeel van de reguliere klimaatschermen is dat je altijd vastzit aan de gekozen schermingsgraad, je bent niet of nauwelijks flexibel. Terwijl je op bepaalde momenten of in sommige perioden juist wel meer licht zou kunnen toelaten, zonder schade toe te brengen aan het gewas. Door de vaste schermingsgraad kun je de lichtcapaciteit van de plant echter niet optimaal benutten.”
Als antwoord hierop introduceerde Svensson drie jaar geleden de innovatieve schermoplossing PARperfect. Deze schermoplossing maakt het mogelijk om het gewenste PAR-lichtniveau te realiseren in de kas, doordat het schermniveau kan variëren van twintig tot honderd procent. “Je kunt het principe vergelijken met dat van een lichtdimmer”, zegt Arkesteijn. “Het concept bestaat uit een combinatie van twee klimaatschermen. Het bovenste is een hoogschermend schermdoek of een verduisteringsscherm, het onderste scherm is het unieke Harmony PARperfect klimaatscherm. Dit is een scherm met een hoge lichtdoorlatendheid en een hoge Hortiscatter, waardoor het licht gelijkmatig wordt verdeeld over de planten. Er is geen sprake van schaduwbanen, wat bij reguliere klimaatschermen wel het geval is.” Het onderste scherm sluit in de ochtend als eerste, het bovenste scherm gaat open en dicht op basis van de zoninstraling en de hoeveelheid licht die het gewas kan hebben. Dit gebeurt aan de hand van een PAR-lichtsensor in de kas, die is gekoppeld aan de klimaatcomputer. “Met PARperfect ben je dus altijd verzekerd van de maximale hoeveelheid licht in de kas, zonder dat je hoeft te vrezen voor gewasschade.”
Op safe spelen
Teun Valstar investeerde twee jaar geleden voor het eerst in PARperfect, na jarenlang met twee reguliere schermdoeken te hebben geschermd. “Vooral het feit dat je een egalere lichtverdeling in de kas kunt realiseren en geen sprake is van schaduwstroken trok me over de streep”, zegt Valstar. “Inmiddels hangt deze schermoplossing op 23.000 m2, de rest volgt de komende jaren. In dit concept combineren we een scherm dat de lichtuitstoot beperkt met het PARperfect-klimaatscherm.” Hoewel Valstar de afgelopen jaren wel al profiteerde van een gelijkmatigere lichtverdeling en daarmee van een gelijkmatigere gewasgroei, had hij nog niet echt stappen gezet in het optimaliseren van de hoeveelheid PAR-licht in de kas. “Natuurlijk, ik wist wel ongeveer wat de plant kon hebben, maar niet exact. En om schade te voorkomen, speelde ik zoveel mogelijk op safe. Dit betekende dat ik het bovenste scherm soms wellicht meer gesloten hield dan nodig was.” Volgens Paul Arkesteijn is voor veel soorten potplanten niet bekend hoeveel PAR-licht deze precies kunnen hebben. “Dat komt vooral omdat het om relatief kleine teelten gaat, waarnaar dus ook maar beperkt onderzoek wordt uitgevoerd. Maar om het maximale uit de PARperfect-schermoplossing te halen, is het wel zaak om een goed inzicht te hebben in de lichtcapaciteit van je gewas.”
Fotosynthesemetingen
Om Valstar wat dit betreft vooruit te helpen en inzicht te krijgen in de hoeveelheid licht die een calathea kan hebben, voerde Svensson vorig jaar fotosynthesemetingen uit op het bedrijf. “In een afdeling met PARperfect installeerden we in mei vorig jaar twee bladfotosynthese sensoren”, zegt de Svensson-adviseur. “Een dergelijke sensor geeft inzicht in hoeveel fotosynthese plaatsvindt, hoe de plant zich voelt en of er stress ontstaat. Dat laatste is het geval wanneer het gewas een teveel aan licht krijgt.” Arkesteijn analyseerde tussen mei en september iedere twee weken de gegevens van de fotosynthesesensoren en combineerde deze met beschikbare data over de hoeveelheid PAR-licht, de posities van het klimaatscherm en het kasklimaat. “Op basis hiervan hebben we in kaart gebracht hoeveel licht een calathea kan hebben; zowel momentaan als cumulatief over de dag. Dit was meer dan we vooraf verwachtten. We zagen ook dat Teun behoorlijk aan de veilige kant zat wat scherming betreft; op veel momenten kon de plant eigenlijk meer licht hebben dan hij ontving.” De klimaatadviseur zag ook dat de krijtlaag die de teler opbracht om te hoge temperaturen in de zomer tegen te gaan, op sommige momenten te veel licht wegschermde. “Soms haalde Teun hierdoor zijn benodigde dagsom niet. Kortom: er is nog wel het nodige te optimaliseren qua lichtniveau in de kas.”
Experimenteren
De uitdaging is nu om de vergaarde extra kennis en informatie te verzilveren in de praktijk. Ofwel: durft Valstar nu om, op basis van de informatie over de lichtcapaciteit, minder te schermen en meer licht toe te laten in zijn kas? “Dit jaar ga ik hiermee experimenteren”, zegt de teler. “Ik wil in ieder geval een minder dikke krijtlaag opbrengen dan voorheen en daarnaast proberen om meer natuurlijk PAR-licht toe te laten, zowel momentaan als cumulatief. Ik heb goede hoop dat dit uiteindelijk zal resulteren in een hogere teeltsnelheid en kwaliteitswinst.”
Artikel gepubliceerd in Kas Magazine