Grote Jongen.
Kubo ontwikkelt zich tot internationaal techbedrijf
Met de naam kassenbouwer doe je Kubo schromelijk tekort. De multinational levert inmiddels ook diensten om telers en investeerders in binnen- en buitenland bij te staan. Het familiebedrijf stond aan de wieg van softwarehuis Pylot, opgezet om big data uit kassen inzichtelijk te maken en het telen te vereenvoudigen. Het hoofdkantoor van Kubo ligt aan de rand van Monster. Bouwvakkers vertimmeren de entree om nog meer mogelijkheden tot skypen en vergaderen te hebben. “We groeien als organisatie en zitten op zoveel plekken in de wereld dat we steeds vaker met skype overleggen met onze klanten en mensen ter plekke”, vertelt Marc Rooijakkers als hij richting een vergaderzaal loopt. Hij heeft de taak om softwarehuis Pylot uit te gaan rollen. “Tijdens de afgelopen Greentech, juni vorig jaar, is dit dataplatform gelanceerd en zijn we actief met verdere ontwikkelingen.”
Dataplatform
Om alle verwarring gelijk weg te nemen stelt Rooijakkers dat deze start-up geen klimaatcomputer à la Priva of Hoogendoorn heeft ontwikkeld. “Een moderne kas levert niet alleen groenten, maar ook een berg data op over bijvoorbeeld CO2, warmte, licht, voeding, arbeid en energie. Daarnaast gebruikt de teler vaak losse informatiesystemen. Pylot brengt deze systemen nu samen op één dataplatform. Door middel van een ‘softwarebruggetje’ (heet API in jargon - application programming interface/ red.) wordt de data uit een data bronopgehaald, op het platform gezet en aangevuld, zodat de teler die op een handig en gebruiksvriendelijk dashboard kan uitlezen. Op dit moment zijn er API’s voor de vijf belangrijkste internationale klimaatmaatcomputers naar ons platform.” Het dataplatform draait inmiddels in 61 kassen, bij tien opdrachtgevers in acht landen. Ook de door Kubo in aanbouw zijnde megakassen in het Chinese Wuhan en Shanghai van opdrachtgever Evergrande, gaan draaien op het systeem. “Het Chinees is één van de vijf talen”, gaat Rooijakkers verder. “Het platform is inmiddels ook geschikt gemaakt voor vijf groenten (tomaat, paprika, sla, komkommer en aubergine).”
Hillenraad 100
Wouter Kuiper, algemeen directeur Kubo, stond aan de wieg van softwarehuis Pylot, dat inmiddels geheel op eigen benen staat. Dat laatste is belangrijk omdat het dataplatform voor elke kas, ongeacht wie het gebouwd heeft, geschikt is. In het Engelstalige relatieblad Blue Future Magazine, dat begin dit jaar verscheen vanwege het 75-jarig bestaan van Kubo, vertelt Kuiper over de worsteling die inmiddels elke tuinder heeft met big data. “Op dit moment verbindt iedereen zijn informatieservices met elkaar, bijvoorbeeld via Excel-bestanden, omdat er nog geen totaaloplossing is. Dat is vooral complex als je veel kassen en meerdere gewassen teelt. Daarom werd Pylot opgezet.” De ontwikkeling van kasbouwer naar techbedrijf leverde Kubo tijdens de afgelopen Hortigala de nummer 1 positie in de Hillenraad 100 en de themaprijs Technologiebedrijf van het Jaar 2019 op. CEO Kuiper, inmiddels derde generatie, kreeg de prijs niet alleen vanwege het leveren van hoogwaardige kastechnologie in de vorm van de Ultra-Climakassen (semigesloten kassen). De jury: “Kubo Group speelt uitermate goed in op de internationale vraag naar productie onder gecontroleerde omstandigheden, waarbij zowel de technologie als de operationele toepassing ervan centraal staan.”
“Een moderne kas levert niet alleen groenten, maar ook een berg data op over bijvoorbeeld CO2, warmte, licht, voeding, arbeid en energie.”
Investeerders
Er was nog een reden voor Kuiper om Pylot op te starten: gebrek aan telers en investeerders met ruime teeltervaring. Wat Wageningen University & Research (WUR) signaleert (zie kader), is dat het steeds vaker investeerders zijn die starten met een kasproject. Zij investeren tientallen miljoenen euro’s/dollars in dergelijke projecten en willen weten of de doelstellingen wel worden gehaald: draait mijn investering wel genoeg rendement? Rooijakkers: “De achtergrond van het opstarten van Pylot is dat we zien dat teeltkennis in vooral het buitenland gebrekkig is en vooral bij investeerders. Er is daarom behoefte aan diensten om een kas makkelijker te beheren, die complete informatie geeft over het reilen en zeilen. Pylot maakt de wereld van hightech glastuinbouw voor telers en investeerders eenvoudiger en beter inzichtelijk.”
Zelfsturende kas
Hoe ziet Rooijakkers de toekomst? Hij slaat zijn armen breed uiteen als hij het heeft over een control room met aan de muur beeldschermen. “Ooit zullen de hightech kassen vanuit één punt worden gestuurd, en zorgen kunstmatige intelligentie (AI) en machine learning ervoor dat de software zich ontwikkelt en kan voorspellen. Wanneer moet de elektrische motor, die de schermen stuurt in onderhoud of de schermdraden worden vervangen? We zullen de komende jaren steeds meer intelligentie aan Pylot gaan toevoegen, zodat het kweken misschien ooit wel geheel autonoom kan functioneren. Het doel is uiteindelijk een ‘zelfsturende’ kas. Let wel: het managen van de processen en de arbeid in de kas blijven mensenwerk. Hier is met name ons zusterbedrijf Kubo Smart Growing in gespecialiseerd. Zij ondersteunt onze klanten op dit gebied.”
Kassenbouw internationale geldmachine
De kassenbouw is een belangrijk exportproduct. In 2017 bedroeg de export van kasmaterialen ruim 1,3 miljard euro, dit bleek in 2018 min of meer stabiel. Dit kan worden opgemaakt uit de studie ‘De Nederlandse agrarische sector in internationaal verband’, die begin 2020 verscheen. Onderzoekers van de WUR en het CBS wijden een apart hoofdstuk aan de kassenbouw. Er zijn circa vijftien bedrijven actief in het opleveren van complete kascomplexen, en nog wat kleinere, maar die werken vaak als onderaannemer. WUR/CBS: “De bedrijven opereren zowel op nationaal als internationaal niveau, waarbij nu circa 80 procent van hun omzet in het buitenland wordt gegenereerd en circa 20 procent in Nederland. Dit was pakweg 15 jaar geleden het omgekeerde.” De onderzoekers signaleren de laatste jaren dat naast de kas en inrichting ook complete diensten zoals monitoringssystemen en teeltmanagement worden aangeboden, zogenoemde turnkeyprojecten. “Dit hangt samen met de ontwikkeling dat steeds meer investeerders van buiten de agrosector kascomplexen neerzetten, waarbij de specifieke expertise ontbreekt om de kassen goed te kunnen managen.”