Kan tuinbouw de wereld voeden?
De vraag naar bedekte teelten neemt wereldwijd toe. Steeds meer nationale overheden en grote steden zien de potentie van de tuinbouw op het gebied van voedselzekerheid, - kwaliteit en - veiligheid.
Kan tuinbouw de wereld voeden? We vroegen het aan Ernst van den Ende van Wageningen University & Research, Rob Baan van Koppert Cress en Meiny Prins van Priva.
Volgens Ernst van den Ende, Managing Director Plant Sciences Group van Wageningen University & Research, gaat tuinbouw alleen de honger niet uit de wereld helpen. “Honger komt voort uit te weinig calorieën en dan moet je denken aan de grote landbouwgewassen. Bijna driekwart van de basisvoeding in de wereld komt van rijst, mais en tarwe, waarvoor steeds nieuwe en klimaatbestendiger rassen en nieuwe technieken worden ontwikkeld. Voor het oplossen van het hongerprobleem zijn kassen of bedekte teelten eigenlijk te duur. Wij gaan in kassen geen rijst of granen of soja telen. Maar groenten: daar is een enorme markt voor. Die gaan een steeds belangrijkere rol spelen om ondervoeding te voorkomen. Ondervoeding is eigenlijk een groter probleem dan honger. En je ziet ook in ‘obesitas-landen’ steeds meer aandacht voor de positieve effecten van groenten. Daar liggen enorme kansen voor de tuinbouw.”
Klimaat
De belangrijkste oorzaak voor de wereldwijde toename van bedekte teelten komt door de groeiende vraag naar kwalitatief hoogwaardige groenten, zegt Ernst. “Maar het heeft ook te maken met de enorme druk om veilig en residuvrij voedsel te produceren, wat je in bedekte teelten nu eenmaal veel makkelijker kunt doen. Ik denk dat het klimaat ook een hele belangrijke driver is. Maar méér tuinbouw is zeker niet de enige oplossing. We moeten ons wel realiseren dat de wereldvoedselproductie voor 85 procent door smallholders -kleinschalige boeren - wordt gerealiseerd, die zich geen kas kunnen veroorloven. Wat wij hier produceren in onze glazen kassen is bedoeld voor een high-end markt.”
Urban Farming
In gebieden waar bedekte teelten toenemen, zie je vaak eerst tunnels, zegt Ernst. “Pas later krijg je kassen, meestal lowtech of midtech. Maar het kan ook hard gaan. Als ik zie met wat voor snelheid China kassencomplexen aan het neerzetten is, dan zie je dat landen die de wil en de middelen hebben om daarin te investeren dat ook doen.” Wat ook interessant is, is dat technieken uit bedekte teelten worden doorvertaald naar het open veld, vervolgt Ernst. “Denk bijvoorbeeld aan gotenteelt en druppelbevloeiing. Ben ook bij een aantal open teelt bedrijven geweest die bezig zijn met ledverlichting!” Over dat laatste gesproken: ledverlichting is begonnen in de urban farming, maar vindt nu steeds meer toepassing in gewone teeltsytemen. Urban farming zal nooit in staat zijn om grote steden te voeden, denkt Ernst. “Het is een belangrijke nichemarkt, niet alleen omdat er consumenten zijn die ervoor willen betalen. Ook omdat wij denken dat het belangrijk is voor de ontwikkeling van de ‘gangbare’ tuinbouw. Maar het heeft in mijn optiek weinig van doen met het garanderen van wereldwijde voedselzekerheid. Daar hebben we toch echt de grote kassen, projecten en ontwikkelingen - ook in de open teelten - voor nodig. Als je gaat uitrekenen wat een stad nodig heeft aan voeding en welke oppervlakte je daarvoor nodig hebt, gaat dat ver voorbij de stadsgrenzen. Ook bestaat het consumptiepatroon van mensen voor nog geen 4 procent uit groenten.”
Exportprestaties
In National Geographic (‘This tiny country feeds the world’) werd de Nederlandse glastuinbouw onlangs geprezen om haar exportprestaties en hoge productiviteit. Het wekte de interesse van investeerders uit alle hoeken van de wereld. Sindsdien zijn er tal van grote bedrijven die geld willen investeren in agrofood en daarvoor in Wageningen aankloppen. “Dat zijn bedrijven die hun businessmodel baseren op data. Die zien uitdagingen en kansen om in die grote opgave van wereldvoedselzekerheid een rol te gaan spelen”, constateert Ernst. “Ik sprak het afgelopen jaar een onderzoekster in China die al vier jaar niet meer in een winkel was geweest. Zij deed alles via de mobiele telefoon. Daarmee bestelde ze al haar voeding, die tot aan haar voordeur in Peking werd gebracht. Die ontwikkelingen gaan daar heel snel. Je ziet nu ook de Amazons en Googles hierop instappen. In Seattle is onlangs een Amazon Go winkel zonder kassa’s geopend. Amazon heeft ook vorig jaar WholeFoods in de VS overgenomen. Mitsubishi is weer erg geïnteresseerd in grote kassencomplexen bij steden. Er is geld genoeg, het kan dus hard gaan.”
Lees meer over de Visie van Rob Baan, CEO van Koppert Cress & Meiny Prins, CEO van Priva
en download het artikel hier